Het begon met een stekje van een collega van de beeldredactie. Ineens stonden er – vorig jaar, in tijden dat we nog met z’n allen de redactie bevolkten – overal potjes met ieniemieniepannenkoekenplantjes. Ik, destijds nog totaal onkundig, wist niet dat het pannenkoekenplantjes waren, maar ik vond ze met hun kleine ronde blaadjes iets, eh, liefs hebben. Ik wilde ook wel zo’n plantje, en kreeg er een van de beeldredacteur die een moederplant bezit.